
Op de rand van nacht en dag
Hoorde ik een merel fluiten.
Hij zong een lied van hoop en troost,
Over licht dat na de duisternis
En dat er ook veel liefde is.
Het was nog te vroeg om op te staan.
Ik viel weer in een diepe slaap
En droomde van een merel die floot
En op de rand van nacht en dag
Een lied zong van hoop en troost.
Naar aanleiding van de publicatie van dit gedicht in de recente dichtbundel Weersomstuit (uitgeverijanderzins.nl) ontving ik van columnist Peet Valstar een mooie en informatieve beschouwing over de zang van merels (eerder gepubliceerd in Wijs, kerkblad van de Utrechtse Janskerk.)
Merels lofzang
Eind juni. Vroeg in de ochtend, even na vieren, word ik wakker, kom niet meer in slaap en ga eruit. Mijn hoofd zit vol van onze komende verhuizing naar Warnsveld, een ongewis avontuur waar we veel zin in hebben. In huis is het nog warm dus ik sla de tuindeuren open en ga zitten naast een wonder van uitbundig bloeiende lavendel; in het licht van de buitenlamp is het paars nóg mooier. Meteen word ik overweldigd en stil door het concert van een merel.
Ademloos
De vogel zingt uit volle borst, met heel zijn kracht en al zijn mereltalent. Na lang rondkijken zie ik hem/haar, bovenop het dak van een flat, zo’n 20 meter bij mijn vandaan. Van wat verder weg komt de reactie van een soortgenoot. Ademloos luister ik, vooral naar de precisie waarmee de merel de notenreeks steeds een klein beetje blijft variëren, wachtend op een antwoord. Ik raak na de tweede of derde roep benieuwd hoe dit muzikale verhaal zich verder zal ontwikkelen. Ertussen secondenlang gevulde stilte. Zhij looft de dag, het licht dat komt! Elke geluidsweergave duurt ongeveer even lang maar wel met verschillende klanken. Voor de merel een territoriumroep, voor mij een lofzang op de schepping waardoor het geruis van de A12 verderop volledig wordt verdoofd.
Leerschool
Van Vroege Vogels leer ik dat merelzang zo ongeveer de warmste, helderste en troostrijkste vogelzang is, die we in onze contreien kunnen horen. En dat merels een schoolvoorbeeld zijn van ‘een leven lang leren’. Hoe oud ze ook worden, ze blijven hun repertoire uitbreiden met nieuwe zangelementen. En dat als je wat langer naar een merel in zijn omgeving luistert, je specifieke deuntjes kunt leren herkennen en daarmee dus ook individuele merels. Hoe mooi is dat? Zoals veel andere zangvogels pikken merels geluiden op uit hun omgeving en bouwen die in hun zang in. Daarbij kan het gaan om geluiden van andere vogels, mobieltjes en autoalarmen, maar ook om door mensen gefloten riedeltjes. Zo kun je met een beetje geluk aan de zang van een merel horen waar hij is opgegroeid.
Kosmos
Ineens stopt het concert. Het wordt licht, de merel gaat fourageren. Zo’n 25 minuten was ik in een andere wereld, een ervaring die ik maar zelden heb gehad. Terug naar bed waar ik nog even nageniet en daarna lekker ga slapen. Wat was het waardoor merels’ zang me zo raakte? De dagen erop probeer ik daar woorden voor te zoeken en vind een artikel van de Belgische wetenschapsfilosoof Vinciane Despret: ‘Vogelgetjilp is een lofzang op de kosmos’. Zij beschrijft een merelconcert na een vergelijkbare nachtelijke ervaring. “Dit was gesproken taal, maar wel propvol schoonheid, taal ook waarin elk woord telde. De stilte hield haar adem in, ik voelde haar trillen in pogingen om afgestemd te raken op de zang. Ik kreeg het heel intense en overduidelijke gevoel dat het lot van de complete aarde, of misschien wel het bestaan van de schoonheid zelf, op dat moment rustte op de schouders van die ene merel”.
Doodstil
Een paar dagen later bekijk ik in museum De Fundatie in Zwolle foto’s, schilderijen en een paar filmpjes over de menselijke verhouding tot de natuur. Ook lees ik er een paar inspirerende gedichten van Vasalis en Szymborska. Er hangt een mystieke William Turner, een kleurrijke bomenrij van Mondriaan en een mysterieuze foto van een vrouw in rood, badend in water op weg naar een vuurtoren. En als extra cadeau: het is er doodstil waardoor alles dieper kan doordringen. Dezelfde stilte waardoor merels’ lofzang kon uitstijgen boven mijn geraas.
Merels
Bij de buren scharrelen mijnheer en mevrouw Merel
In de zonovergoten tuin
Mijnheer Merel voor op als een echte kerel
EN volgt achter hem, schuin
onderdanig en grauw
zijn niet mooiere vrouw
LikeLike