Essentie

IMG_1775

O dichter
open je ogen
verbrijzel
het prisma
van de taal

en zie
de boom
het kind
het paard
zoals ze zijn:

boom
kind
paard.

 

Uit mijn dichtbundel Verklaringen van liefde (Co-creatie met fotograaf Jan Bom, 2011)

 

Het Tehuis

cimg0140

Vandaag bericht gekregen dat er een plaats vrij is
in het tehuis voor ongelukkige dichters.
Boeken zijn er taboe. Maar alle drank is gratis.

Wie betrapt wordt met pen en papier
krijgt enkele dagen isoleer.
Elke avond is er verplicht cabaret.

De kamers van het tehuis bieden uitzicht
op een lommerrijk kerkhof in Victoriaanse stijl.
Daar rusten in pompeuze graftombes:

Liefde
Hoop
Verlangen

Weemoed
&
Genot.

En in een speciale rouwkapel
bergt een marmeren sarcofaag
de dorre beenderen van de Inspiratie.


(Eerder verschenen in mijn dichtbundel Zomaar Zestig, 2009)

Het laatste gedicht

f87f2092-d531-4d83-ade4-6be79f9734df

Aan de Zwarte Zee, Batoemi 2016

Stel, dit wordt het gedicht
dat alle andere gedichten overbodig maakt.

Ik word de enige winnaar van de (laatste!)
Turing Nationale Gedichtenwedstrijd.

Er breekt een algehele poet’s block uit,
die Ramsey Nasr en alle andere dichters

in Nederland en Vlaanderen het zwijgen oplegt.
Sommige uitgevers lachen in hun vuistje,

eindelijk verlost van een vaste verliespost.
Maar daar staat een heel leger aan poëten,

redacteuren, professoren en juryleden tegenover
die hun werk, inkomen en status kwijtraken.

En dat in een tijd waarin de culturele sector
het toch al zo moeilijk heeft!

Daarom hoop ik van harte dat dit gedicht
niet als het best denkbare uit de bus zal komen.

Velen blijft dan onnodig leed
en mij de eeuwige roem bespaard.


Met dit bewust uitdagende gedicht bereikte ik de Top 100 van de Turing Gedichtenwedstrijd 2011. Het verwijst impliciet naar de beroemde uitspraak van Gerard Reve over zijn streven een roman te schrijven die alle andere overbodig zou maken.

De jury motiveerde haar keuze als volgt: “Grappig gedicht dat er als het ware om smeekt niet verhoord te worden en daarom gaat het toch door naar de laatste honderd!” Het gedicht werd in Het Oog op Morgen voorgedragen door Rob Schouten