NOG ALTIJD
Ooit was ik blond
als het helmgras
in de duinen.
Nu kleur ik beter
bij het grijs
van de meeuwen
en het gruis
van de schelpen
op de paden.
Maar ik fiets
nog altijd;
nog altijd
met wind tegen.
Dit gedicht van mij staat in de op 14 november gepresenteerde bundel met 30 door de jury geselecteerde gedichten in het kader van de Literatuurprijs Zeist 2014. (Het gedicht is eerder bij de Turing Gedichtenwedstrijd 2010 geselecteerd voor de Top 1000. Oordeel van de toenmalige Turing-jury: “Mooie vergelijkingen, fraai onder woorden gebracht. Het slot is ook geestig en op een laconieke manier melancholisch.”)
De winnaar van de poëziewedstrijd in Zeist (met 205 inzendingen) was Martin Carette uit Deinze (B). De titel van de fraaie TULIP-uitgave is ontleend aan het in de bundel opgenomen gedicht van Mia Wittop Koning Naar mijn persoonlijke smaak is haar elegische gedicht het mooiste van alle dertig; daarom plaats ik het hieronder integraal.
NAAM
in het natte zand
langs de rivier
schreef ik
met mijn vinger
je naam
het zand krulde
om de letters
even later had de rivier
het zand teruggespoeld
en alles gewist
ik schreef hem opnieuw
weer en weer
steeds vaagden
zacht kabbelende golfjes
hem weg
ik schreef tot al het zand
jouw naam werd
tot de oever volgeschreven was
en het riet alle letters vulde
wuivend zingt het riet
jouw naam dag na dag
in de wind en de luwte
ik luister
heel stil
