De mooiste bloempjes bloeien soms buiten de keurig aangeharkte literaire tuintjes. Zo trof ik een prachtig gedicht aan van Hanneke Verbeek met herinneringen aan haar vader in haar gezamenlijke dichtbundel (maart 2012) met Marco van der Bij: Zeven zondige dagen. Ik was verrast door de overeenkomsten met een gedicht over mijn eigen vader uit mijn bundel Blijf maar (2004). Met toestemming van Hanneke, plaats ik vandaag haar gedicht samen met het mijne op deze weblog. Tussen de gedichten in staat een mooie bloemenfoto van Jan Bom, die hiermee naar mijn oordeel de beroemde fotograaf Robert Mapplethorpe naar de kroon steekt.
Hoogmoed
hij sprak van
nederige hoogmoed,
mijn vader die voor god
niet buigen kon
die zag hoe zijn gelijken
vooraan in de kerk hun
hoge hoofden negen voor
ontvangst van milde zegen
over ijdel werk
hij kende zijn hoogmoedigheid
die restte uit de lange tijd
van jongensovermoed
hij wist hoe bang hij was
hij was geen held, hij zag
zijn lafheid in de knieval
verbergen in de oorlog viel hem
achteraf nog zwaar
maar zich vrijwillig onderwerpen
geloven in gesteld gezag
daar was hij de man niet naar
Hanneke Verbeek

MIJN VADER
Mijn vader was
ondanks zijn leeuwennaam
goddank geen dapper man.
Maar voor de Duitsers werken?
Dat verdomde-ie
net als zijn beste kameraad
de later nimmer nuchter
voor de klas staande
schoolmeester Gradje P.
Vader vond tijdelijk onderdak
bij een boer in Bunnik
die hem tewerkstelde
tegen gratis kost en inwoning
en een sigaar op zondagochtend
op de piano klaargelegd.
Vader bleef sigaren roken
wat hij helaas met een te
vroege dood bekopen moest.
Waarna mijn moeder
op zoete zomeravonden
nog dikwijls meende
dat in een nabij gelegen tuin
een pauw zijn fiere
voornaam schreeuwde.
Leo Mesman